Collectie: Magnesium

1) Magnesium draagt bij aan de vermindering van vermoeidheid en moeheid.
Vermoeidheid is een staat van lichaam en geest waarbij een persoon zich verminderd in staat voelt activiteiten te ondernemen en zich slaperig voelt. Vermoeidheid is over het algemeen een gevolg van een zware lichamelijke of geestelijke inspanning of een lange periode zonder slaap. Vermoeidheid kan echter ook een symptoom zijn van een lichamelijke of geestelijke aandoening, zoals hartzwakte, diabetes, schildklierziekte, hersenletsel (bijvoorbeeld een beroerte), of klinische depressie. Als er sprake is van snelle vermoeidheid in combinatie met andere klachten, zoals malaise, spierzwakte en duizeligheid, kan dit duiden op het chronische vermoeidheidssyndroom.

2) Magnesium draagt bij aan een normaal energie leverend metabolisme.
Metabolisme is het vastleggen en vrijmaken van energie door de aanmaak of afbraak van reservestoffen, het vrijmaken van energie uit o.a. opgenomen stoffen en reservestoffen, het gebruik van bouwstoffen en energie als bron voor alle biologische processen.

3) Magnesium draagt bij aan de instandhouding van normale tanden en botten.
Normale tanden en botten zijn sterk en taai, magnesium houdt deze situatie in stand samen met calcium, proteïnen, vitamine K2 en D3 en voorkomt breuk.

4) Magnesium draagt bij aan een elektrolytenbalans.
Elektrolyten worden standaard opgenomen uit de voeding en hun concentraties worden nauw gereguleerd door hormonen en de nieren. Bij ernstige verschuivingen in de elektrolytenbalans kunnen hartklachten of neurologische symptomen optreden.

5) Magnesium draagt bij aan een normale eiwitsynthese.
Eiwitsynthese is de productie van eiwitten op basis van de genetische informatie in de cel. Veel eiwitten katalyseren chemische reacties. Zulke eiwitten worden enzymen genoemd. Enzymen zijn verantwoordelijk voor de stofwisseling, waarbij voedingsstoffen kunnen worden omgezet in bouwstoffen en energie.

6) Magnesium draagt bij aan een normale werking van de spieren.
Spieren zijn onmisbaar voor het menselijk lichaam. Je hebt spieren nodig bij alles wat je doet. De belangrijkste is de hartspier, wanneer deze niet normaal functioneert kunnen er problemen ontstaan. In het lichaam zijn meer dan zeshonderd soorten spieren te vinden. Elke spier heeft een eigen unieke functie. De grootste spier is de Musculus gluteus maximus (de grote bilspier) en trekt het been krachtig naar achteren om te wandelen, te rennen en de trap op te lopen. Andere spieren zijn bijvoorbeeld betrokken bij de spijsvertering, en andere bij de ademhaling. Een normale werking van de spieren is dus extreem belangrijk. Ook hier werkt magnesium weer samen met calcium (normaal gesproken ruim voldoende aanwezig is alle voeding)

7) Magnesium draagt bij aan een normale psychologische functie.
Zoals het denken, de concentratie, het gevoelsleven, de motivatie, de agressieregulatie, de waarneming en het leren.

8) Magnesium draagt bij aan een normale werking van het zenuwstelsel

De hersenen, het ruggenmerg en de zenuwen in de rest van het lichaam vormen samen het zenuwstelsel. Het zenuwstelsel zorgt voor verbindingen tussen de verschillende hersengebieden onderling, en tussen de hersenen en de rest van het lichaam. Het zenuwstelsel speelt een coördinerende rol bij alle handelingen zoals het aansturen van de spieren, het verwerken van zintuiglijke prikkels en de emotionele en verstandelijke processen. Het wordt onderverdeeld in het centrale zenuwstelsel, het perifere zenuwstelsel en het autonome zenuwstelsel.

9) Magnesium speelt een belangrijke rol in het celdelingsproces.
Voortdurend maakt ons lichaam nieuwe cellen. Op die manier kan het lichaam groeien en beschadigde en verouderde cellen vervangen. Nieuwe cellen ontstaan door celdeling. Bij celdeling ontstaan uit 1 cel 2 nieuwe cellen, uit deze 2 cellen ontstaan er 4, dan 8, enzovoort. Gewoonlijk regelt het lichaam de celdeling goed. Elke cel bevat informatie die bepaalt wanneer de cel moet gaan delen en wanneer zij daarmee weer moet stoppen. Soms kan er iets misgaan door allerlei schadelijke invloeden: bijvoorbeeld door roken of overmatig zonlicht. Meestal zorgen reparatiegenen voor herstel van de schade. Soms faalt dat beschermingssysteem. Dan gaan genen die de deling, groei en ontwikkeling van een cel regelen fouten vertonen. Treden verschillende van dat soort fouten op in dezelfde cel, dan kunnen deze zich ongecontroleerd gaan delen.